Titel: Polder= en boezembemaling in Nederland
Spreker: dhr. Jaap van Raai
Datum: Zaterdag 8 september 2018
Plaats: Science Centre van de TU Delft, Mijnbouwstraat 120,
2628 RX Delft.
Samenvatting van de voordracht
De bewoonbaarheid en de leefbaarheid van ons land wordt in grote mate bepaald door de bescherming van duinen en dijken en kades. De waterafvoer is daarbij van levensbelang. Naast het op natuurlijke wijze afvoeren van overtollig water zijn als gevolg van zeespiegelrijzing en maaivelddaling sinds de vroege Middeleeuwen kunstmatige afvoer en daarmee gemalen onmisbaar. Het waren eerst simpele instrumenten door mens-, dier- of windkracht in beweging gebracht, waarmee de polders werden drooggemalen. Vanaf omstreeks het midden van de 18-de eeuw veranderde dat en zijn we steeds geavanceerdere gemechaniseerde en later ook geautomatiseerde technieken gaan gebruiken om droge voeten te houden. In totaal staan in Nederland ongeveer 4 500 bemalingseenheden opgesteld waarvan de grootste, tevens de grootste van Europa een capaciteit heeft van bijna 300 kubieke meter per seconde. In de voordracht zal worden ingegaan op de geologische en geografische achtergronden van het ontstaan van ons land, de relatie tussen land en water en de eigenaardigheden van het water die bepalend zijn geweest voor de controle hierover – wat wij nu waterbeheersing noemen. Verder komt ruimschoots de ontwikkeling aan de orde van de opvoerwerktuigen en de aandrijvingen die hierbij zijn gebruikt en een aantal dat nog steeds wordt gebruikt. Een en ander zal worden ondersteund met figuren, tabellen en foto’s.
Informatie over de spreker, de heer Jaap van Raaij
Jaap van Raaij (1945) heeft van 1963 tot 1973 dienst gedaan als scheepswerktuigkundige op schepen van de grote handelsvaart. In de periode van 1973 tot 1975 was hij werkzaam eerst als shift engineer en later als workshop manager op de rietsuikerfabriek Kilombero Sugar in Tanzania. Vanaf 1975 tot 2015 was hij in dienst bij het ingenieurs en adviesbureau Tauw bv als montage-inspecteur, afdelingshoofd van de afdeling werktuigbouw en elektrotechniek en tevens projectleider. In die periode is hij betrokken geweest bij verschillende irrigatie projecten in onder andere Kenia en de realisatie van een groot aantal nieuwbouw- uitbreiding- en renovatieprojecten met betrekking tot polder- en boezemgemalen in binnen- en buitenland. Sinds de oprichting, ruim 31 geleden is hij betrokken bij de Nederlandse Gemalenstichting (NGS) als adviseur. Hij is medeauteur van het boek Tussen Stoom en Stroom en tevens verzorger van archiefmateriaal en redactionele ondersteuning bij het schrijven van het boek Het Water de Baas (2010) van deze stichting. Naast het adviseurschap voor de Nederlandse Gemalenstichting is hij bestuurslid van de Stichting Historische Sluizen en Stuwen Nederland (HSSN) waar hij zich onder andere bezig houdt met de opzet en het vullen van de nieuwe data base van deze stichting. Ook is hij te vinden als rondleider op het ir D.F. Wouda gemaal te Lemmer, het grootste en sinds 1998 op de UNESCO Wereld Erfgoedlijst geplaatste nog werkende Stoomgemaal van de wereld.